1
1
2-300x75
3-300x75
4-300x75
5-300x75
6-300x75

Le Pen in het Elysée?

15 nov, 2016 Onderdeel van proses

Column door Peter Hagtingius

Het was de ochtend na de Amerikaanse verkiezingszege van de heer Trump. In het dorpscafé stond zoals altijd de tv aan, maar dit keer op een nieuwszender. De vraag die ons bezighield was: zou ‘t, madame Le Pen straks president van Frankrijk?

Ik woon in een Provençaals gehucht waar ze al vele jaren minimaal 40% van de stemmen aan de familie Le Pen uitreiken. Ik moet erkennen dat het nogal duurde voor ik snapte dat ik die ‘Penisten’ niet zomaar als ‘fout’ volk mocht wegzetten. Eerder gewoon aardige lui, voor het merendeel werkloos, met een somber toekomstperspectief. ‘Kleine’ wijn- en olijvenboeren en een paar bouwvakkers, over de eventuele charme van de globalisering kon ik maar beter niet beginnen, hun vertrouwde leventje stond op het spel. Maar xenofobie was onzin en er was toch ook geen probleem geweest toen er in de Grand’Rue een moskee was gekomen?

Ik heb de inmiddels hoogbejaarde Jean-Marie Le Pen een keer ontmoet. Jaren geleden op het vliegveld Charles de Gaulle in Parijs. Het was er druk, aan mijn tafeltje in de lounge schoof hij aan, er was nog maar één stoeltje vrij. “Permettez?’, vroeg hij. “N’hézites-pas, monsieur’’, zei ik. Het vergde misschien evenveel tijd als Usain Bolt voor de 100 meter nodig heeft voor ik besefte dat ik tegenover zo ongeveer de meest gehate man van Frankrijk zat. Of toen misschien wel die van heel Europa. Veroordeeld vanwege zijn opvatting dat het doden van zes miljoen Joden hooguit een ‘detail’ in de wereldgeschiedenis is.

Ik wist niet zo goed hoe ik moest reageren. Het debat aangaan? In de Centraal-Afrikaanse Republiek had ik wel eens tegenover de zelfbenoemde keizer Bokassa gezeten, van wie beweerd werd dat hij kannibaal was. Ik heb ‘m gewoon een hand gegeven en daarna toch even gekeken of er bloed aankleefde, je wist maar nooit. Bokassa begon me meteen uit te leggen dat Frankrijk niet deugt, de sfeer verbeterde toen ik vertelde dat ik weliswaar in dat verafschuwde land woonde, maar een Nederlands paspoort heb. Het leek wel of hij me ineens minder blank vond.

Jean-Marie Le Pen bood me een kop koffie aan en ik zei ja. We zaten alletwee op een vlucht te wachten en we bespraken de vertragingen die ons troffen. Ik bestelde voor een tweede ronde (nog steeds ‘werkonderbreking’ bij Air France) ook koffie en we kwamen te spreken over kinderen en kleinkinderen. Was ik een laffe lul dat ik niet over zijn extreme ideeën durfde te beginnen? Er werd omgeroepen dat er in zijn vliegtuig ingestapt kon worden. Met een warme handdruk namen we afscheid van elkaar.

De oude Le Pen heeft grote ruzie met zijn dochter, maar niet zozeer met zijn kleindochter Marion, de eerste en toch nog toe enige afgevaardigde van het Front National in de Assemblée Nationale in Parijs, namens ons Provençaalse departement Vaucluse.

In het café was die ochtend na ‘Trump’ de stemming nogal opgewekt. Iets in de trant van Hollande-Sarko, vergeet het maar! Of eerder: eindelijk, Le Pen in Parijs! Zou het? Ik heb dat lang voor uitgesloten gehouden. Nu twijfel ik toch. Ook omdat we in de Provence qua stemmen maar weinig in te brengen hebben in Frankrijk. En anti-elitair is al eeuwen de essentie van de mentaliteit hier, in elk geval in mijn dorp.

Marine Le Pen volgend jaar president? Ik durf niet meer ‘uitgesloten’ te zeggen. Maar ik weet niet zoveel van de sfeer in de rest van Frankrijk. En misschien zou die mevrouw in de praktijk ook nog wel kunnen meevallen. Ik zou ook haar bij gelegenheid gewoon een hand geven. Maar liever niet in het Élysée.

 

Peter Hagtingius was hoofdredacteur van Côte&Provence. Hij woont in de Var

 

 

 

 

 

 

 

Reageer