1
1
2-300x75
3-300x75
4-300x75
5-300x75
6-300x75

Faux-amis en faux pas

26 sep, 2023 Onderdeel van plaisanteries

Column door Caspar Visser ‘t Hooft

Nederlanders vinden Fransen arrogant. Ik heb me vaak afgevraagd waarom, want ik ben het niet met hen eens. Het heeft natuurlijk te maken met de taal. Fransen kunnen zich eerder aan buitenlanders ergeren wanneer ze zich slecht in hun taal – het Frans – uitdrukken dan bijvoorbeeld Engelstaligen dat doen wanneer het om hun taal gaat. Dat komt omdat ze meer dan anderen belang hechten aan een goed beheersen van de taal. Wie wauwelt in zijn eigen taal, zal minder aanstoot nemen aan een buitenlander die zich slordig uitdrukt. Maar wanneer Fransen merken dat je serieus moeite doet om er in hun taal iets van te maken, zijn ze de eersten om je met complimenten te overladen: “Wanneer wij zo goed Nederlands konden spreken als jij Frans!”… Nee – arrogant, dat zijn sommige Nederlanders die dénken dat ze goed Frans kunnen en die om de haverklap, met veel aplomb, met woorden voor den dag komen die weliswaar Frans klinken, maar die eigenlijk Engels zijn. “Je vous expecte demain-matin” – hoorde ik een (verre) oom eens over telefoon zeggen, met een gezicht van kijk-eens-hoe-goed-ik-Frans-kan. Veel Engelse woorden zijn natuurlijk eigenlijk Franse woorden. Deze woorden zijn in de vroege Middeleeuwen met Willem de Veroveraar uit Normandië naar Engeland overgevaren. Maar deze woorden hebben in de duizend jaar tussen toen en nu twee parallelle ontwikkelingen doorgemaakt, één in Engeland, één in Frankrijk, waarbij sommige flink in betekenis zijn gaan verschillen. We hadden het over ‘expecter’, maar er zijn er andere – en wanneer je je hier vergist, kun je flinke blunders maken. Faux pas.

Faux amis

Ze heten ‘faux amis’, de woorden die eenzelfde oud-Franse oorsprong hebben, maar die in de loop van de tijd in betekenis zijn gaan verschillen. Stel dat diezelfde oom een Franse zakenvriend op het hart had willen drukken dat hij hem bij de totstandkoming van een project, waarin ze beiden belangen hebben, zou steunen – hoe zou hij dat hebben gezegd? “Je vous supporterai” – ik hoor het hem zeggen, van geen vuiltje bewust. En daarna hoogst verontwaardigd wanneer de Fransman hem een venijnige blik toewerpt. Arrogant, die Fransen! ‘Supporter’ – in het Frans wil dat zeggen verdragen. Dus: ‘Ik zal je verdragen’. Goed, bij mijn oom daagt dan misschien toch het besef dat hij ernaast zat. Hij wil het goedmaken. Een compliment. Hij wil de zakenvriend laten weten dat hij hem, afgaande op de manier waarop hij het project leidt, een zeer redelijk persoon vindt. “Vous êtes très sensible” – zegt hij. Ai-ai-ai! In het Frans wil dat zeggen gevoelig. Ik gevoelig? – denkt de Fransman, alleen maar omdat ik even moest slikken toen hij me zei dat hij mij zou ‘verdragen’? Mijn oom weet niet hoe hij het heeft. Wat is dat voor onmogelijk individu die hem vanuit de hoogte zo giftig blijft aankijken! Als hierdoor de zaak, waarin we beiden betrokken zijn, maar niet op de helling komt – denkt mijn oom. Want mijn oom verwacht er veel van. Hij wil daarom zijn zakenvriend nog eens duidelijk van zijn goede wil overtuigen: Wat het geld betreft, ik zal voorzien. “Quant à l’argent, je vais vous supplier”. De Fransman blijft even als aan de grond genageld staan, dan trekt hij zijn schouders op, draait zich om en loopt weg. Die Hollander zou hem voor het project van geld voorzien, en nu zegt hij dat hij om geld komt ‘smeken’. Zakenvrienden? Faux amis ! Pas ami du tout !

Deze column komt ook voor in mijn eerste Frankrijk-bundel Frankrijk in 50 fragmenten (Van Dorp/Grenzenloos 2017)

  1. 1 Reactie op “Faux-amis en faux pas”

  2. Door Jeroen Nolthenius op 25 okt, 2023

    Zoals de burgemeester, van de ‘parel van Brabant’, in zijn dankwoord, na een diner met de Duitse zusterstad, dankte voor de
    überhaupt malhzeit.

Reageer